De LinkedIn groep ‘Het Veiligheidshuis, samenwerken aan veiligheid’ is een ontmoetingsplaats waar professionals die betrokken zijn bij het Veiligheidshuis kennis en ervaringen kunnen delen om op deze wijze van elkaar te kunnen leren.
Deze website houdt u op de hoogte van het laatste nieuws, interessante bijeenkomsten en relevante publicaties uit het veld van de Veiligheidshuizen. Verder vindt u hier meer informatie over de LinkedIn groep ‘Het Veiligheidshuis, samenwerken aan veiligheid’ en haar initiatiefnemers.
Minister van Weel start gesprekken over balans tussen demonstratierecht en openbare orde
Vandaag heeft minister van Justitie en Veiligheid David van Weel de aftrap gegeven van een reeks gesprekken over de verschillende wijzen waarop in Nederland gedemonstreerd wordt en de rol van de overheid daarbij.
Het eerste gesprek vond plaats met de Nationale Ombudsman, Reinier van Zutphen. Het kabinet heeft eerder aangegeven een scherper onderscheid te willen maken tussen vreedzaam demonstreren en orde verstorende acties. Het demonstratierecht is een grondrecht dat wordt gefaciliteerd en beschermd. Met het stelselmatig overtreden van de wet zien we wel dat het draagvlak voor het demonstratierecht onder druk komt te staan in de samenleving. Daarom gaan minister van Weel en ook de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de komende maanden het gesprek aan met maatschappelijke organisaties, actiegroepen, burgemeesters en andere gezagsdragers over de vraag wat de maatschappij wel en niet acceptabel vindt bij demonstreren. De input van deze gesprekken wordt, naast de uitkomsten van het in het regeerprogramma aangekondigde WODC-onderzoek over demonstratierecht, gebruikt bij het verder vormgeven van beleid.
Hogere gevangenisstraffen mogelijk voor drugscriminelen
Het wettelijk strafmaximum voor de zwaardere vormen van harddrugscriminaliteit gaat omhoog. Ons land moet zo onaantrekkelijk mogelijk worden voor drugscriminelen. Daarom wordt het mogelijk hogere gevangenisstraffen op te leggen bij grootschalig bezit, productie en de in- en uitvoer van harddrugs. Dit staat in een wetsvoorstel van minister Van Weel van Justitie en Veiligheid waarmee de ministerraad heeft ingestemd.
De aanpak van ondermijnende criminaliteit bestaat uit verschillende onderdelen: het voorkomen dat personen in de criminaliteit belanden, het doorbreken van criminele verdienmodellen en het beschermen van de samenleving tegen de schadelijke effecten van ondermijnende criminaliteit. Als sluitstuk volgt het effectief bestraffen van criminelen.
Maximumstraffen verhogen
Naast maatregelen die worden genomen om criminelen effectiever te bestraffen, zoals het vergroten van de pakkans en het strafbaar stellen van nieuwe gelegenheidsstructuren, stelt het kabinet voor om de maximumstraffen die in de Opiumwet staan te verhogen voor ernstige harddrugsdelicten. Dit gaat over het opzettelijk aanwezig hebben van een grootschalige hoeveelheid harddrugs, evenals de handel, de productie en de in- en uitvoer van harddrugs. Op het aanwezig hebben van harddrugs is nu een maximum gevangenisstraf gesteld van 6 jaar. Dat verandert in het wetsvoorstel voor grootschalige hoeveelheden naar een maximum gevangenisstraf van 8 jaar. Voor de opzettelijke handel en productie van harddrugs stijgt de maximum gevangenisstraf van 8 naar 12 jaar, voor de in- en uitvoer van harddrugs van 12 naar 16 jaar en voor het plegen van voorbereidingshandelingen bij harddrugsdelicten van 6 naar 8 jaar.
Gevaar voor onze samenleving, rechtstaat en veiligheid
Minister Van Weel: “Drugshandel is hét verdienmodel van de georganiseerde misdaad. Van de productie van synthetische drugs in Nederland tot de doorvoer van cocaïne naar de rest van Europa. Drugscriminelen kennen geen grenzen en vormen een direct gevaar voor onze samenleving, onze rechtsstaat en onze veiligheid. We willen dit verdienmodel doorbreken en waar dat nodig is harder kunnen straffen. Door de wettelijke maximumstraffen voor ernstige harddrugsdelicten te verhogen en meer in lijn te brengen met omringende landen kunnen we internationaal opererende criminelen harder raken.”
Steviger en adequaat optreden
In de praktijk zien we steeds vaker dat het Openbaar Ministerie in zaken tegen de zwaardere categorie drugscriminelen met de strafeisen aan de bovenkant zit van het wettelijke maximum aan gevangenisstraffen. Rechters leggen in zaken ook zeer hoge straffen op, soms tot het wettelijke maximum. Met dit wetsvoorstel wordt het voor het Openbaar Ministerie mogelijk om bij ernstige harddrugsdelicten hogere straffen te eisen en het geeft rechters meer ruimte om gepaste en effectievere straffen op te kunnen leggen. Met het voorstel van het kabinet ontstaat ruimte om steviger en meer adequaat op te treden tegen ernstige harddrugscriminaliteit.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.